fbpx
Ga naar content

AOW-gerechtigde moet zelf bewijs leveren van woonplaats in Nederland

De heer en mevrouw Pietersen krijgen van de SVB een AOW-pensioen waarop een korting is toegepast van 16% wegens acht niet-verzekerde jaren. Volgens de SVB blijkt uit de bevolkingsregisters en de Gemeentelijke basisadministratie dat de heer en mevrouw Pietersen gedurende een achttal jaren in België en Duitsland hebben gewoond. In die periode hebben zij volgens de SVB ook niet in Nederland gewerkt.

Het echtpaar Pietersen is van mening dat zij destijds wel degelijk in Nederland hebben gewoond en gewerkt. Zij leggen als bewijs een aantal brieven en documenten over waarop een Nederlands adres staat. Het echtpaar voert in een gerechtelijke procedure aan dat zij verder geen bewijsstukken hebben omdat in het begin van de jaren negentig hun woning is afgebrand. Bij deze brand is hun hele administratie in vlammen op gegaan.

De rechter is van mening dat het echtpaar Pietersen onvoldoende aannemelijk gemaakt heeft dat zij in de betreffende periode voor de AOW verzekerd waren. Zij kunnen volgens de rechter geen enkel bewijs tonen waaruit blijkt dat er in Nederland gewerkt is. Verder heeft het echtpaar bij hun AOW-aanvraag zelf vermeld dat zij enige tijd in België hebben gewoond.

De rechter is van mening dat de SVB af mag gaan op de gegevens uit het bevolkingsregister. Het feit dat het echtpaar niet in staat is (meer) bewijs aan te dragen, komt voor hun eigen rekening en risico. De korting op het AOW-pensioen blijft gehandhaafd.

Ook interessant voor u:

Terug naar boven