fbpx
Ga naar content

Kopieerfout werkgever maakt boetebeding ongeldig

Dat onduidelijke of vage formuleringen in een arbeidscontract in de regel door rechters in het nadeel van de werkgever worden uitgelegd is bij velen wel bekend. Maar dat een knullige kopieerfout ertoe leidt dat een directeur bij een schending van zijn geheimhoudingsbeding geen boete meer verschuldigd is, zal voor sommigen toch als verrassend zijn.

Een directeur had in zijn arbeidsovereenkomst een veelvoorkomend geheimhoudingsbeding staan met de navolgende formulering:

‘1. [naam werknemer] erkent dat hem door [naam werkgever] geheimhouding is opgelegd van alle bijzonderheden betreffende of verband houdende met het bedrijf van [naam werkgever].

2. Het is [naam werknemer] verboden, hetzij gedurende de dienstbetrekking, hetzij na beëindiging hiervan, op enigerlei wijze aan derden direct of indirect, in welke vorm ook en in welker voege ook, enige mededeling te doen van of aangaande enige bijzonderheden [naam, werkgever] betreffende of daarmede verband houdende, dan wel over de daar werkzame personen, dan wel over de (potentiële) klanten van [naam werkgever], zulks op straffe van verbeurte aan [naam werkgever] van een dade -‘

Daar waar verwacht had mogen worden dat de woorden ‘dadelijk opeisbare boete’ gevolgd door de hoogte van de boete zouden staan, was de vervolgtekst weggevallen.

Bij de rechtbank in Assen voerde de werkgever met succes aan dat er iets was misgegaan bij het kopiëren, maar dat partijen wel degelijk een boetebeding waren overeengekomen. Ook bracht de werkgever nog een conceptversie van de arbeidsovereenkomst in de procedure waarin bij het boetebeding wel een logische doorlopende tekst stond inclusief een boetesom van 5.000 euro. Volgens de werkgever zouden partijen, als de arbeidsovereenkomst wel goed gekopieerd was, ook die volledige overeenkomst inclusief het volledige boetebeding ondertekend hebben.

Dit was voor de rechtbank in Assen voldoende aanleiding om de werkgever in het gelijk te stellen en de werknemer te veroordelen tot betaling van de boete van 5.000 euro. Volgens de rechtbank was de werkgever erin geslaagd om te bewijzen dat het boetebeding schriftelijk overeengekomen was, zoals de wet vereist.

De werknemer legt zich bij dit vonnis niet neer en stelt hoger beroep in bij het gerechtshof in Leeuwarden. Daar blijkt dat deze rechters met een volstrekt andere blik naar deze zaak kijken. De rechters stellen droogjes vast dat in de arbeidsovereenkomst een ‘voldragen boetebeding ontbreekt.’ Volgens het gerechtshof zijn de bedoelingen die partijen hadden bij het opstellen van deze arbeidsovereenkomst en het boetebeding niet doorslaggevend.

Het gaat volgens het gerechtshof niet om de vraag wat partijen bedoeld hebben, maar wat er letterlijk (niet) staat. De werkgever had er maar alert op moeten zijn dat alle bepalingen volledig en correct in de arbeidsovereenkomst vermeld stonden. Het gerechtshof besluit dan ook het vonnis van de rechtbank in Assen te vernietigen.

De kopieerfout van de werkgever kost haar dus 5.000 euro.

Maarten van Gelderen is arbeidsrechtadvocaat bij Van Gelderen Arbeidsrechtdvocaten. Hij is gespecialiseerd in (collectief) ontslag, arbeidsrecht en arbeidsvoorwaarden. Uw reactie is welkom op m.vangelderen@vangelderen.nl

Terug naar boven